Is mijn laadpunt toekomstbestendig?
Wie investeert in een residentieel laadstation, wil wellicht ook weten hoe lang hij ervan gebruik zal kunnen maken. Overleeft zo’n laadpaal de wagen wel?
Een nieuwe wagen
In principe kan elke wagen aan een mode 2- of mode 3-laadpunt geladen worden, al zal dat niet bij elke wagen aan dezelfde snelheid kunnen. Een wagen die enkel monofasig kan laden en toch aan een driefasig laadpunt aangesloten wordt, zal slechts met één derde van het vermogen geladen worden. Omgekeerd geldt hetzelfde. Plaatst uw klant een eenfasig laadstation, maar koopt hij vier jaar later een wagen die wel driefasig kan laden, dan wordt het laadvermogen door het laadpunt beperkt. Dergelijke overwegingen kunnen de keuze van een laadpaal beïnvloeden.

Ook de laadkabel kan de zaken compliceren. Kiest uw klant voor een laadstation met vaste kabel, dan zal hij er bij de keuze van een nieuwe wagen immers moeten op toezien dat deze over dezelfde kabelaansluiting beschikt. Is de laadpaal voorzien van een type 1-connector, maar de nieuwe wagen van een type 2-connector, dan zal men dus geen gebruik meer kunnen maken van de laadpaal. Bij laadpunten zonder kabel kan er indien nodig eenvoudig een nieuwe kabel aangeschaft worden.
Slim laden
Hoe meer mensen elektrisch gaan rijden, hoe zwaarder het net belast zal worden. Steekt iedereen bovendien ‘s avonds bij thuiskomst de stekker in, dan zal het te kampen krijgen met enorme piekverbruiken. Het zal dus steeds belangrijker worden om laadmomenten te spreiden. Met mode 2-laden is dat niet realistisch. Vanaf het moment dat de stekker ingestoken wordt, begint immers het laden (tenzij in de wagen een uitstel geprogrammeerd wordt). Bij mode 3-laden, echter, is er tweewegcommunicatie tussen het voertuig en de laadpaal en kan men gebruikmaken van een intelligente, dynamische sturing. Die zet de deur naar slim laden open.