Zelfrijdende auto’s: utopie of dystopie?

Hoewel zelfrijdende auto's belangrijke voordelen kunnen opleveren voor de verkeersveiligheid, mogen we niet blind zijn voor andere effecten: volledige automatisering zal waarschijnlijk leiden tot een toename van het autoverkeer, grotendeels voor vervoer dat geen verband houdt met pendelen. Dit zal leiden tot een verdere daling van de snelheid op de wegen in de gebieden die nu al het meest te lijden hebben van de congestie.
Wat staat er op het spel?
Nog geen twintig jaar geleden werd het besturen van voertuigen beschouwd als iets dat buiten het bereik van computers lag. Dat veranderde echter rond 2010, door gecombineerde doorbraken op het gebied van sensortechnologieën en kunstmatige intelligentie. Hoewel de hype er niet helemaal is uitgekomen, moet de samenleving toch nadenken over de mogelijke gevolgen van een volledige automatisering. Daarom werden met PLANET, het Belgische nationale model voor de transportvraag, verschillende simulaties uitgevoerd. De centrale vraag die daarin aan bod kwam, is: mocht het Belgische wagenpark volledig bestaan uit zelfrijdende auto's, welke impact zou dat hebben op de totale vraag naar personenvervoer en de verkeerscongestie?

Automatisering beïnvloedt mobiliteit
Volledige automatisering zal de mobiliteit via drie parameters beïnvloeden. Ten eerste wordt verwacht dat zelfrijdende auto's de verkeersdoorstroming zullen verbeteren, bijvoorbeeld dankzij de kleinere tussenruimte tussen voertuigen, een daling van het aantal ongevallen, een betere synchronisatie met verkeerslichten … Ten tweede hoeven mensen in volledig geautomatiseerde auto’s geen aandacht meer te besteden aan het verkeer. Daardoor zullen ze hun reistijd kunnen gebruiken voor werk of vrije tijd en zal die tijd dus niet langer ‘verspild’ worden.
Ten derde wordt verwacht dat volledige automatisering de kosten van vervoer danig zal veranderen. Zo zullen de aankoopkosten stijgen door de investeringen die nodig zijn voor de extra uitrustingen voor automatisering en connectiviteit. Daarnaast zal er ook een tweeledig effect zijn op de energie-efficiëntie. Enerzijds zullen vlottere verkeersstromen en geautomatiseerd ecorijden waarschijnlijk leiden tot een verbetering van het energieverbruik per kilometer. Anderzijds zal de extra uitrusting meer hulpvermogen vergen en kan het de aerodynamica van het voertuig veranderen. Ten slotte zal er ook een invloed zijn op verzekeringspremies. Automatisering kan leiden tot een drastische verbetering van de wegveiligheid, maar geautomatiseerde voertuigen zullen waarschijnlijker duurder – en dus een hogere te verzekeren waarde – zijn.

Automatisering beïnvloedt mobiliteitssysteem
Invloed op parameters
Eerst en vooral maken betere verkeersstromen de personenwagen aantrekkelijker als vervoermiddel. Dat leidt tot een stijging van de vraag naar vervoer per auto, maar deze blijft beperkt op nationaal niveau (hoogstens ongeveer + 1%). De verbetering van de verkeersdoorstroming overtreft de toename van het autoverkeer, en de gemiddelde snelheid van de auto's op het Belgische wegennet neemt toe met 1,5%. De voornaamste reden voor dat kleine effect is dat bijna twee derde van het verkeer in België sowieso niet onderhevig is aan hoge congestieniveaus. Daarnaast resulteert de daling in reistijd in een toename van het aantal autokilometers met ongeveer 18 à 23%. Dat zorgt dan weer voor een drastische verlaging van de verkeerssnelheid in de drukste gebieden.
Automatisering zal de kosten van vervoer danig veranderen
Voor de analyse van het effect van veranderingen in de kosten moeten verschillende aannames worden geformuleerd. We gaan ervan uit dat auto-automatisering zou leiden tot:
- een stijging van de aankoopkosten van auto's met 20%;
- een daling van het energieverbruik per kilometer met 10%;
- een daling van de verzekeringskosten met 50%.
Onder die aannames compenseren de dalingen de stijging van de aankoopkosten, zodat de gemiddelde kosten per kilometer dalen. Dat leidt tot een toename van de vraag naar autovervoer. Op zichzelf beschouwd, blijft dat effect echter relatief bescheiden: ongeveer + 2%.

Gecombineerd effect
Hoewel het effect van een daling van de reistijd en van de kosten betrekkelijk gering is, is het gecombineerde effect van beide dalingen groter. Zo zal de totale vraag naar vervoer toenemen met maximaal 12,8 personenkilometers per jaar. Enerzijds neemt de vraag naar het vervoer per auto toe met 19,8 miljard personenkilometers per jaar, anderzijds neemt de vraag naar vervoer met andere vervoersmodi af met 7 miljard personenkilometer. Die stijging en daling zijn vooral merkbaar voor de reismotieven ‘woon-werkverkeer’ en ‘andere motieven’ (bv. winkelen, vrije tijd, familiebezoek), zoals te zien is in tabel 1 en tabel 2. De impact op de snelheid is echter zeer variabel. Tijdens de spitsuren daalt de gemiddelde snelheid op het Gewestelijk ExpresNet rond Brussel met 28%, maar buiten de drukste gebieden bedraagt de daling van de snelheid niet meer dan 5%.
Bijkomende elementen
Talrijke elementen waarmee in de analyse geen rekening is gehouden, doen vermoeden dat de toename van het verkeersvolume nog groter zou zijn. Zo kunnen zelfrijdende auto's leiden tot een geïnduceerde vraag van bevolkingssegmenten die niet zelf kunnen rijden (bv. kinderen). Tevens zullen de lagere kosten waarschijnlijk leiden tot de relocatie van huishoudens en bedrijven.
Auto-automatisering kan ook autodelen aantrekkelijker maken. Dat zal immers niet langer beperkt worden door de noodzaak om auto's beschikbaar te hebben dicht bij de klant, aangezien zelfrijdende deelauto's zelf naar de klant zullen rijden. Bovendien zou meer autodelen de behoefte aan parkeerruimte moeten doen afnemen, en zouden eigenaars in gebieden met weinig (of alleen dure) parkeergelegenheid hun auto naar een vrije parkeerplaats binnen een bepaalde perimeter kunnen sturen.