NIEUWE GENERATIE GENERATOREN SCHONER, STILLER EN SLIMMER
MAKEN WERK OP DE WERF AANGENAMER EN EENVOUDIGER
Generatoren zijn onontbeerlijk op de werf. Ze zorgen onder andere voor de voeding van torenkranen en leveren stroom voor tal van gereedschappen. Gezien de nood aan elektriciteit enorm kan verschillen van werf tot werf, is echter niet elke generator voor elke werf geschikt. Zowel onder- als overdimensionering moet worden vermeden, en dus komen er bij de keuze van een generator tal van afwegingen kijken. Een ding is echter zeker: met de nieuwe generatie generatoren kiest men voor schonere, stillere en slimmere oplossingen.
SCHONERE MOTOREN

Stage IIIA
Sinds 1 januari 2014, na een overgangsperiode die al startte in 2011, moeten nieuwe generatoren die op de markt worden gebracht, voorzien zijn van een motor die voldoet aan de Stage IIIA emissienormen. Deze schrijven, op basis van het nuttig vermogen van de generator (van 19 t/m 560 kW, of van 20 t/m 630 kVA), bepaalde maxima voor wat de uitstoot van CO2, stikstofoxides en fijn stof betreft. De normen gelden voor quasi alle stroomaggregaten, al wordter wel nog een onderscheid gemaakt tussen aggregaten bedoeld voor productie, verhuur, noodstroom enzovoort. Lichtere noodstroomaggregaten zijn zo vrijgesteld van de normen. De invoering van de Stage IIIA emissienormen heeft voor de nodige technische revolutie gezorgd in de markt van de generatoren. Vandaag zijn de meeste motoren voorzien van een commonrailinjectiesysteem en/of elektronische toerentalregeling, of werken ze met ECU. Ook op het vlak van brandstof hebben de emissienormen tot enkele belangrijke verbeteringen geleid: de brandstof is zuiverdergeworden en van een hogere kwaliteit, met als bijkomend voordeel dat ook het verbruik enigszins teruggedrongen kan worden.
Toch kaarten sommige fabrikanten nog een aantal problemen met de Stage IIIA normen aan. Zo zou het onderscheid tussen verschillende types aggregaten, en meer bepaaldde vrijstelling van de lichtere noodstroomaggregaten, ruimte laten voor misbruik, en zou de controle op de naleving van de normen, ondanks eerdere inspanningen om deze te verhogen, nog steeds onvoldoende zijn.
Stage V
Stage IIIA is echter niet het einde, en in de toekomst zullen de emissienormen nog strenger (en meer alomvattend) worden. In 2019 staat alvast de Stage V norm op de planning, al weet men nog niet concreet wat deze zal inhouden. Fabrikanten verwachten naar aanleiding van de verstrenging in ieder geval wel een nieuwe technische revolutie binnen de generatoren, waarbij onder ander het commonrailinjectiesysteem, DPF/DOC, EGR en MAF-sensoren een belangrijke (ofnog belangrijkere) rol zullen gaan spelen. Ook alternatieven zoals hybride oplossingen en generatoren die worden aangedreven door gasmotoren behoren tot de mogelijkheden. Voorts zouden de verschillende uitzonderingen voor de normen wegvallen, waardoor misbruik in de toekomst zal kunnen worden uitgesloten.
STILLERE GENERATOREN

de generator eenvoudig verplaatst kan worden
Naast het reduceren van de uitstoot van CO2 en fijn stof, gaat er ondertussen ook de nodige aandacht naar het onderdrukken van het geluidsniveau. Generatoren moeten immers voldoen aan de strenge geluidsnorm 2005/88/EG, en zeker wanneer men in dichtbewoonde, residentiële wijken werkt, heeft men alle baat bij een stille generator. Het geluid van een generator wordt weergegeven als het geluidsvermogen, en wordt uitgedrukt in LwA, waarbij LwA 100 gelijkstaat met 100 dB(A) op 0 m. De meeste generatoren produceren gemiddeld zo'n 72 dB(A) op 7 m. Zeker in strenge omstandigheden is dat te veel. Heel wat fabrikanten hebben daarom een speciaal gamma van stille generatoren. Door een geoptimaliseerd design,de toepassing van extra geluidsisolatie, de toevoeging van een dualcore-uitlaatsysteem, en andere ingrepen aan zowel de techniek als de omkasting halen deze generatoren geluidsniveaus tot 60 à 65 db(A) op 7 m.
SLIMMERE BESTURING
Eenvoudige opstart
Omdat het opstarten van (mobiele) generatoren in het verleden al eens tot problemen leidde, zijn er tegenwoordig veel meer stekkerklare opties op de markt. Quasi alle modellen kunnen daarnaast worden uitgerust met een koudstartfunctie, al dan niet in optie, en ook timers zijn populaire accessoires. Zij zorgen ervoor dat het stroomaggregaat aan het begin van de werkdag automatisch start, en aan het einde van de werkdag ook weer automatisch wordt afgesloten.
Fleetmanager
Om een nog beter zicht te hebben op de werking, staat en locatie van de generatoren wordt ten slotte ook steeds meer ingezet op slimme besturingssystemen. Het blijft daarbij niet langer bij gps-tracking alleen; steeds vaker gaat het om uitgebreide fleetmanagersystemen die een volledig toezicht op de generator toelaten, vanop afstand en in real time. Dergelijke systemen bestaan zowel merkspecifiek als overkoepelend, en er kunnen meerdere generatoren aan worden gekoppeld. Via een internetverbinding kan alles dan via smartphone, tablet of pc worden opgevolgd. De mogelijkheden van dergelijke sturingssystemen zijn legio en kunnen, voornamelijk dan bij overkoepelende systemen, aan de noden van de klant worden aangepast.
Enkele typische functies zijn:
- Antidiefstal: door hun hoge waarde en de inhoud van
- de brandstoftank, zijn generatoren een gegeerd goed. Daarom worden ze in veel gevallen uitgerust met een gps-tracker, waarmee de locatie van het toestel op elk moment geverifieerd kan worden. Daarbovenop bestaan er echter ook meer geavanceerde antidiefstalopties, die een alarm geven- bijvoorbeeld via sms - wanneer er buiten de gebruiksuren van de generator abnormale bewegingen worden gedetecteerd.
- Refueling alerts: dankzij refueling alerts kun je de brandstofreserve nauwgezet opvolgen en krijg je een melding wanneer de brandstof aangevuld moet worden. Je kunt de alerts zelfs rechtstreeks naar een bepaalde medewerker laten doorsturen. Sommige systemen geven op basis van het gemiddelde verbruik ook ruim op voorhand al een schatting van de data waarop de tank aangevuld zal moeten worden, al kan dat bij gehuurde generatoren wel eens een verkeerd beeld scheppen.
- Onderhoudsmeldingen: met een digitale maintenancemanager kunnen zowel het reguliere onderhoud en updates als interventies bij defecten eenvoudig opgevolgd en ingepland worden. Doordat fouten automatisch gedetecteerd en gemeld worden, kan men meteen en gericht ingrijpen, terwijl onnodige controles op de werf worden geëlimineerd.
- Rapportage: met rapportagemodules krijg je op een overzichtelijke manier toegang tot alle data en statistieken van de generator of generatorsets. De werkuren, het verbruik, onderhoudsbeurten, alarmen en defecten … alles kan worden opgevolgd en geanalyseerd. Vooral voor eigenaars en verhuurbedrijven kan dit een belangrijke meerwaarde vormen.
- Afstandsbediening: zet de generator aan of uit, of verander van bedrijfsmodus … allemaal vanop afstand.

HOE KIES JE EEN GENERATOR?
Wie een stroomaggregaat nodig heeft, zal worden geconfronteerd met een enorm gamma aan mogelijkheden. Een aantal zaken om in overweging te nemen, zijn:
- Aankoop of huur: omdat de schaal en specificiteit van verschillende werven erg kan verschillen, kiezen heel wat aannemers ervoor om een generator te huren. Zijn de uitgevoerde werken echter steeds gelijkaardig, dan kan het in sommige gevallen wel interessant zijn om tot aankoop over te gaan. De gebruiksintensiteit is daarbij de meest doorslaggevende factor: weegt de investering in aankoop en onderhoud op tegen de frequentie (en kosten) van huur?
- Spanning: een driefasige generator is de norm, al kan een monofasige generator praktisch zijn bij kleinere werkzaamheden.
- Vermogen: generatoren bestaan in heel wat verschillende vermogens. Dat moet worden aangepast aan de specifieke energiebehoefte, zodanig dat het aggregaat noch over- noch onderbelast wordt. Een belasting van 75% wordt als ideaal aangezien: 50% is een minimum. Kleinere werven en machines hebben doorgaans genoeg aan 20 kVA of minder, kleine torenkranen kunnen vanaf 20 kVA, en grote torenkranen nemen tot 200 à 300 kVA af.
- Brandstof: diesel is de brandstof bij uitstek voor generatoren, al zijn ook benzine, lpg, propaan, natural gas en waterstof opties.
- Autonomie en brandstofreserve: de capaciteit van de brandstoftank bepaalt de autonomie van de generator en moet dus aangepast zijn aan de noden en werkzaamheden van de aannemer. Om extra brandstofreserve te voorzien, kunnen sommige generatoren worden uitgerust met een ondergebouwde tank, terwijl andere over een driewegkraan beschikken waarop een externe tank aangesloten kan worden.
- Aansluitingen: hoewel heel wat aannemers ervoor kiezen om werfkasten op de generator aan te sluiten en van daaruit verder af te takken, blijft het van belang om even stil te staan bij het aantal en het type aansluitingen dat de generator toelaat.
- Geluidsisolatie: generatoren onder de 40 kVA zijn in principe relatief stil, maar voor hogere vermogens bieden verschillende merken tegenwoordig een silent range aan. Deze zijn vooral interessant voor werken in dichtbewoonde gebieden.
- Mobiel of vast: de keuze tussen een mobiele of vaste generator hangt af van de grootte en het gebruik. Stationaire units zijn interessant wanneer de generator gedurende een relatief lange periode op dezelfde plaats gebruikt wordt; mobiele generatoren, zij het kleine, draagbare units, of grotere generatoren die op een onderstel gemonteerd worden, eerder wanneer men zich regelmatig moet verplaatsen. Zij worden buiten de werkuren wel het best achter slot en grendel bewaard.
- Omkasting: afhankelijk van de locatie (bv. een zoute of stofferige omgeving) kan men opteren voor een heavydutyafwerking.
- Service: niet alleen het product zelf is van belang, maar ook de service die de verkoper of verhuurder biedt, verdient de nodige aandacht. Correcte informatie en snelle interventies kunnen het verschil maken.